Het rookproces
Voor het rookproces wordt een geheime melange van vier FSC houtsoorten gebruikt. De aroma’s van de rook komen direct in aanraking met de zalm, dat komt de smaak van de zalm ten goede en zorgt voor een kenmerkende Steur smaak. De zalm wordt gefileerd om vervolgens op klassieke wijze, minimaal 12 uur droog te zouten. Na het zouten wordt de zalmfilet afgespoeld en gaat voor 15 uur de rooktunnel in. Door de warmte in de rooktunnel wordt de zalm gedroogd. Na het roken wordt de zalm bijna een dag met rust gelaten, om te rijpen. Tenslotte wordt de zalm nog met de hand gecontroleerd en ingepakt.
Koud Roken
Bij het koud roken van de zalm is het belangrijk dat de temperatuur in de rookkamer nooit boven de 30 ºC komt. Op deze manier conserveert de vis, maar gaart hij niet. In combinatie met het voorafgaande droogzouten en het subtiele roken van 12 à 15 uur, krijgt de zalm een prachtige verfijnde smaak.
Warm Roken
Het roken van onze warm gerookte zalm vindt gedurende 8 uur in de rookkamer plaats. In het begin is de temperatuur 35 ºC en loopt langzaam op tot 72 ºC. Dit langzame garingsproces resulteert in een heerlijk sappig stuk zalm.